Oostvaardersplassen: waar goede, volhardende professionaliteit toe kan leiden.

DSC_0119Meer dan een half miljoen mensen zagen inmiddels “De Nieuwe Wildernis”, dat prachtige filmproject over de Oostvaardersplassen. (zie:  http://www.denieuwewildernis.nl/)  Het bezoek aan het Lelystadse natuurgebied is sinds het verschijnen van de film verviervoudigd. Het stelt de beheerders van Staatsbosbeheer voor de vraag hoe daarmee om te gaan. Ze werden al enorm op hun vingers gekeken. Iedereen heeft per slot van rekening verstand van natuur. Een evenwichtig beheer van het gebied verdraagt niet nog veel meer bezoekers. Daarom worden oplossingen ook gezocht in de randzônes er om heen. Maar ja, dat is ook dichter bij mensenland. Ik was er eind vorige week op werkbezoek. En werd me er weer eens bewust van hoe ingewikkeld ontwikkeling en beheer van zo’n natuurgebied is. Het geniet Europese aandacht via Natura 2000 vanwege tientallen soorten broedende en niet – broedende moerasvogels. “Maar vogels hebben vleugels, en bivakkeren als het hen zo uit komt ook in de Lepelaarsplassen (door Almere omgedoopt tot het nietszeggende Noorderplassen), Naardermeer of het Markermeer, gebieden die niet binnen de Natura 2000 grenzen vallen”, vertelt de opsteller van het beheersplan.  De grote grazers (Heckrunderen, Konikpaarden en Edelherten) en grauwe – en brandganzen houden het gebiedfoto18 open. Van het wilgenbos, goed te zien vanuit de trein, is bijna niets meer over. Dus denken velen dat datzelfde lot ook de andere bossen in de buurt beschoren is als grote grazers daar worden toegelaten. Niets is minder waar: ze gebruiken dergelijke volwassen bossen als beschutting, niet als foerageergebied. We leren het verschil tussen pro-actief en re-actief jagen. Het eerste is een op de Veluwe gehanteerde methode waar op voorhand getalsmatig bepaald wordt hoeveel dieren afgeschoten worden. Bij de tweede methode, gevolgd in de Oostvaardersplassen, worden alleen de dieren afgeschoten die de winter duidelijk niet zullen overleven. “Bezoekers willen geen kadavers zien”, zo luidt de stelling. Een boswachter vertelt ons hoe vaak hij wel niet door blijkbaar andere bezoekers enthousiast aangesproken wordt die gezien hebben hoeveel organismen leven van zo’n kadaver. Vogelaars zien minder soorten vogels, de laatste tijd. Dat klopt, en het zal nog minder worden. Niet omdat het gebied slecht beheerd wordt. Juist omdat goed beheer vraagt om tijdelijke drooglegging van een deel van het moeras, zodat het riet weer opschiet en daarna meer vogels aantrekt. We staan nog aan het begin van die drooglegging, maar de beheerders beginnen het nu al vast uit te leggen.

foto25En ondertussen komt beheergeld en beleid van Europa, het rijk en de provincie en is de gemeente planologisch verantwoordelijk. In de wereld van deskundigen zijn er voor- en tegenstanders van “rewildering”, de keuze voor beheer via een zo natuurlijk mogelijke flora en fauna. De New Yorker weidde er eind vorig jaar nog tien pagina’s aan. (Zie: http://tinyurl.com/c3z576g). Petje af voor de mannen en vrouwen die in die kluwen van belanghebbenden en betrokkenen, allen met hun eigen mening, het Serengeti in de polder met nuchterheid en overtuiging hebben laten worden tot wat het nu is: een weergaloos mooi, rauw, tot de verbeelding sprekend gebied. On-Nederlands bijzonder. Gelukkig hebben we dat ook nog in Flevoland.

19 november 2013