De aanval is afgeslagen. Frank de Boer loopt met de bal aan de voet naar de middellijn. Even voor hij die passeert geeft hij een pass over de hele diagonaal van het veld. Dennis Bergkamp brengt de bal in een vloeiende beweging onder controle, zet z´n tegenstander op het verkeerde been en passeert de doelman onhoudbaar in de bovenhoek. Hij raakt de bal welgeteld drie keer, bij dat magistrale doelpunt tegen Argentinië uit 1998. Nog eens zien? http://www.youtube.com/watch?v=bDT4jCEjqbw “Effectieve schoonheid”, zo karakteriseert Bergkamp zijn opvatting over goed voetbal.
Vorige week was ik twee dagen op stap met een Zuid Afrikaanse volkshuisvester. Deze ontwikkelingsmanager van de oudste corporatie uit Kaapstad was vooral geïnteresseerd in Nederlandse voorbeelden van stedelijke vernieuwing. We bezochten verschillende corporaties in verschillende steden. En ik leerde weer veel over ons zelf.
Allereerst: de enorme samenhang tussen de woningen en de woonomgeving. De goede voorbeelden die we zagen zijn resultaat van een goed afgestemde aanpak. Slimme parkeeroplossingen, gecombineerd met het creëren van speelplekken. Benauwde, beperkt gerenoveerde woningen krijgen er veel meer lucht door. Door die ene brandhaard, dat verkrotte complex, te vervangen door nieuwbouw in een goed ontworpen openbaar gebied wordt de verdere verbetering van de wijk opeens geweldig aangeslingerd. Pure effectieve schoonheid. En die komt tot stand door gezamenlijke inzet van gemeente en corporatie(s). En niet via gedetailleerde discussies over wie nu waar precies verantwoordelijk voor is. Helaas voeren we die, gedreven door bezuinigingen en kerntakendiscussies, weer veel te veel.
Tweede leerpunt: nog zijn er creatieve types actief in de vaderlandse volkshuisvesting. Het zijn van die mensen die zich niet laten drijven door regels, wetmatigheden ter discussie blijven stellen, luisteren naar wat er echt leeft in buurten en wijken, de vraag achter de vraag proberen te beantwoorden. Het leidt tot verrassende oplossingen voor gekende problemen. Een voorbeeld? Hoe erg is het om een “Marokkanenbuurt” te hebben? Standaard is ons antwoord: “Moet je niet willen zo ’n eenzijdige bevolkingsopbouw”. “Maar”, zo vroeg een corporatiemedewerker ons, “is dat niet een wat eenzijdige benadering van dit vraagstuk? Als nu eens een redelijk deel van die Marokkanen een hoog inkomen heeft en een bijpassende woning heeft, advocaat is of accountant?” Ik zag in de Verenigde staten en Canada prima functionerende “Little Italy’s” of homobuurten. Ze hadden een duidelijke functie in en voor de stad als geheel. En ik dacht: inderdaad. Wat is er tegen op zo’n in de stad goed opgenomen Marokkanenbuurt?
Geacht management. Laten we die creatieve types koesteren en hun effectiviteit niet “doden” met die enorme behoefte aan control, dat woekerend “taakpurisme” of angst voor het nieuwe.
Derde les: Glimlachend keek mijn bezoeker mij aan. “Werkelijk iedere centimeter in dit land is georganiseerd, hè?” en ik realiseerde me (weer eens) dat dat inderdaad zo is. En ik vertelde hem dat de logica daar achter is dat we nu eenmaal maar zo weinig ruimte hebben in dit landje. En dat efficiënt indelen dus ook heel praktisch is. We keken naar een bewust open gehouden grasveld in een wijk. Bewoners willen daar speeltoestellen. En dat vinden wij, gemeente, corporatie, niet goed. Want de bedoeling was dat het open bleef. Ik vroeg me af waarom wij het in dit geval eigenlijk beter wisten dan die bewoners. En stelde vast dat dat niet het geval was. En hoe ook goede bedoelingen, verantwoordelijkheidsgevoel en conventies echte bewonersparticipatie nog vaak in de weg staan. Maar ja, dan kunnen op dat grasveld geen jongetjes en meisjes meer voetballen. En een van hen was vast Bergkamp. Passeerde met een beweging de tegenstander. En scoorde met die zo kenmerkende effectieve schoonheid. Zoals deze: http://www.youtube.com/watch?v=n275iW54o68
22 oktober 2013